Beroep bij Raad van State over Voordijk 29

Belang Ringdijk en Voordijk staat niet ter discussie

Het belang van de Ringdijk rondom het Eiland van Heusden wordt breed gedeeld. Niet alleen door verschillende belangengroepen, maar ook door Gemeente en Provincie. Zie ook ons eerdere bericht. Zeker met toenemende druk op de ruimte denken wij dat het van groot belang is goed te definieren welke aspecten van onze omgeving we van grote waarde vinden en daarom binnen alle plannen die ook gerealiseerd moeten worden willen beschermen en waar mogelijk willen herstellen en verder door willen ontwikkelen. De historisch Voordijk is een belangrijk onderdeel aan de oostzijde van de Ringdijk en daar willen we dan ook extra zuinig op zijn. En dat is eigenlijk prima vastgelegd.

Maar praktijk is weerbarstig

De Voordijk zou conform de aanwijzing in de Omgevingsvisie van de Gemeente Heusden, de Cultuurhistorische kaart van zowel Gemeente als Provincie, de Welstandsnota van de Gemeente beschermd moeten zijn. De dijk vormt volgens de Gemeente ook een belangrijke groene verbinding tussen de kern en het buitengebied.
Maar diezelfde Gemeente verleent toch medewerking aan een bestemmingsplan wijziging om de bouw van een veel te hoog bouwwerk pal voor en naast veel lagere historisch boerderijen toe. En dreigt naar onze mening hiermee tevens een precedent te scheppen, waardoor ook naar de toekomst de verschraling van de deze belangrijke dijk dreigt. Zie hierover dit bericht.

Reactie op zienswijze Vlijmens Lint veel te mager

Wij hebben dit ook aangegeven in onze zienswijze op dit bestemmingsplan. Als reactie vermindert de Gemeente ineens het belang van de dijk: “De dijk en omgeving zijn kenmerkend. Maar dat geldt niet minder voor de andere dijken in onze gemeenten met de daarbij behorende bebouwing.” 

Zowel met betrekking tot het onderschreven cultuurhistorische belang als het belang van de groene verbinding wordt wat ons betreft te licht omgesprongen: “Langs de Voordijk wordt inderdaad ingezet op het versterken van de groene verbinding tussen de kern en het buitengebied. Dit betekent niet dat er helemaal geen woningbouw mogelijk is. Dit versterken kan bijvoorbeeld ook worden vormgegeven door het realiseren van meer groen in de openbare ruimte of het toepassen van bepaalde vormen van bestrating. “ We moeten dan maar hopen dat dat later, en onafhankelijk van de nu gekozen wijziging, gerealiseerd wordt. En ook daadwerkelijk beschermt, herstelt en ontwikkelt.
En “De terechte vermelding van de Voordijk en een aantal bouwwerken op de cultuurhistorische waardenkaart, waarop ook de andere dijken en andere cultuurhistorische bouwwerken in de gemeente zijn vermeld, maakt deze dijk met bouwwerken niet meer bijzonder of unieker dan die andere dijken. ” Ja prima dat er ook andere dijken of monumenten worden vermeld, maar die hopen we hopelijk toch ook letterlijk in hun waarde te houden als we ze belangrijk vinden?

Ook wordt de precedent werking hier door de gemeente fraai in beeld gebracht: “De vermelding betekent niet dat er geen woningbouw mogelijk is. Aan de Voordijk is al een mix aan historische bebouwing en modernere bebouwing aanwezig.” Er staat welgeteld nu één modern huis met genoemde nok- en daghoogte en dat huis staat totaal solitair langs de dijk met veel groen er om heen. Dit huis komt pal in de voortuin van een mooie wederopbouwboerderij en direct langs een buurtschap van lage rietgedekte boerderijen, allen individueel vermeld op de cultuurhistorische waardenkaart. Als dit kan, wat kan dan in het vervolg niet met deze redenering in het hoofd en wat houden wij als samenleving op het eind dan over aan omgevingskwaliteit?

Ook de werking van de welstandsnota wordt serieus door de Gemeente in twijfel getrokken: “De welstandsnota vermeldt de Voordijk alleen als zijnde een voorbeeld van dijkbebouwing in Vlijmen. De welstandsnota blijft onveranderd op dit perceel en de rest van de Voordijk van toepassing. Met dien verstande dat deze bepaalt dat dit gebied welstandsvrij is geworden vanaf 2019.” Dus de Gemeente beschrijft de Voordijk nota bene als een voorbeeld van de mooie dijkbebouwing in haar Welstandsnota, geeft daar ook een status aan: H.1.a voor het eerste stuk (waar veel minder historische bebouwing staat), H.1.b voor het direct daarop volgende stuk, waar het hier over gaat. De mindere waardering heeft waarschijnlijk te maken met de gevolgen van inpassingsplannen, zoals dat ook het geval is met het westelijke deel van de Haarsteegsestraat. En haalt vervolgens de welstandtoetsing weg voor H.1.b. Wat overigens niet aangeeft dat het gebied daarmee niet belangrijk meer is, want de meeste gebieden hebben helemaal geen classificatie en dit gebied wel. Maar stelt in een nieuw bestemmings-inpassingsplan waarbij het heel eenvoudig is extra eisen te stellen, deze eisen niet. Wat is dan de waarde van H.1.b in de Welstandsnota nog?

Als klap op de vuurpijl stelt de gemeente: “Het oprichten van een nieuwe woning doet geen afbreuk aan cultuurhistorische waarden van bestaande bebouwing. De nieuwe woning wordt stedenbouwkundig ingepast.”
Daar kijken wij en onze landschappelijke deskundigen, maar waarschijnlijk elke voorbijganger en leek, totaal anders naar. Een gebouw van 8 meter nokhoogte en 6 meter goothoogte pal voor en naast boerderijen met een nokhoogte van 5 meter en goothoogte van 2 meter doet simpelweg heel veel afbreuk, en dat doet het verlies van de groene omgeving rondom deze historische gebouwen ook.

Wij kunnen er dus ook te weinig op vertrouwen dat: “Bij een verzoek om nieuwe woningbouw wordt o.a. getoetst aan bovengenoemde beleidsdocumenten. Daarnaast wordt de planologische en milieukundige inpasbaarheid beoordeeld. Daarmee is voldoende geborgd dat er geen precedentwerking of een kwalitatieve verslechtering van de Voordijk ontstaat.” Want als dit geval nu al zo wordt beoordeeld, dan zal dat na de bouw van dit pand duidelijk niet beter worden.

In beroep bij Raad van State

De kennelijke druk van de projectontwikkelaar om de voortuin te gelde te maken en zo het aantal woningen in Vlijmen met één woning te verruimen gaat wat ons betreft dus te veel in tegen het algemeen belang als verwoord in de eigen beleidsplannen. Wij vinden dat er dus geen goede afweging plaatsgevonden door de mogelijkmakers. Wij hebben de wethouder dan ook laten weten bezwaar te zullen maken bij de Raad van State om die afweging te laten toetsen. En zullen tegelijkertijd kijken of een acceptabele oplossing voor nu en naar de toekomst toe mogelijk te bereiken is in samenspraak met gemeente en projectontwikkelaar om de procesgang indien mogelijk alsnog af te breken. We zitten er immers niet op te wachten, het kost ons en de gemeente tijd en geld, maar we vinden na rijp beraad dat we dat toch moeten doen.

Wij doen dat om dit specifieke geval maar ook om de waarde van beleidsplannen te toetsen. Want wij besteden veel tijd om input te leveren aan beleidsplannen, maar als daar bij nieuwe of te wijzigen bestemmingsplannen, ook na het geven van zienswijzen, geen effect heeft dan doet zich de vraag voor wat de waarde is van die beleidsplannen. Wij denken dat uitvoering conform de plannen zou moeten plaatsvinden en zijn, anders dan wellicht de gemeente, van mening dat daarvan tot nog toe (te) weinig sprake is.

De bewustwording van echte participatie van alle partijen is ook van belang. We zien dat wanneer belanghebbenden zoals omwonenden en Het Vlijmens Lint vroegtijdig serieus worden betrokken en echt kunnen participeren (en dus niet participatie voor de bühne), processen veel makkelijker en dus sneller worden doorlopen. Wordt die fase gemist dan volgt vaak een trager en moeizamer proces. Dat het anders kan laat het geval zien met de Vlijmense dijk 67, waar een veel groter inpassingsplan wel soepel verloopt mede omdat er partijen (projectontwikkelaar, gemeente, omwonenden, Vlijmens Lint) vroegtijdig met elkaar in gesprek zijn. Dat lijkt ons dus een betere vorm van samenwerking naar de toekomst toe. Een mooi voornemen voor het nieuwe jaar?